De invloed van bodemorganismen op de transfer van radionucliden en zware metalen naar gras

    Research output

    39 Downloads (Pure)

    Abstract

    Door de berging van radioactief afval, industriële activiteiten en nucleaire ongevallen kunnen er in het milieu verontreinigingen voorkomen zoals radionucliden en zware metalen. Deze contaminanten verspreiden zich via lucht, water en bodem en kunnen zo een risico vormen voor mens en milieu. Om zulke risico’s in te schatten worden studies gedaan rond het gedrag van deze verontreinigingen in het milieu en de parameters die er invloed op hebben. In de bodem zijn er parameters zoals pH en kationen uitwisselingscapaciteit die effect hebben op de biologische beschikbaarheid en transfer van radionucliden en metalen naar vegetatie. Ook werd er al eerder aangetoond dat bodemorganismen zoals microben en wormen een invloed hebben op de biologische beschikbare fractie van metalen en metalloïden. De opname van de contaminanten door de planten is eveneens afhankelijk van het type vegetatie. In dit onderzoek werd bestudeerd welke invloed wormen en bodem micro-organismen hebben op de biologische beschikbaarheid van verschillende radionucliden en zware metalen en hun transfer naar gras. Om dit te onderzoeken werden laboratorium experimenten uitgevoerd met een natuurlijke bodem die historisch vervuild werd met een mengsel van natuurlijke radionucliden, artificiële radionucliden en metalen. Eerst werden belangrijke bodemkarakteristieken (e.g. textuur, pH, kationen uitwisselingscapaciteit) bepaald. Vervolgens werden microkosmos systemen opgezet bestaande uit bodem, micro-organismen, wormen en gras. Waarna er testen op de bodem en het gras werden uitgevoerd om te bepalen wat de invloed is van wormen en micro-organismen op de mobiliteit van de contaminanten en de transfer naar gras. Uit de resultaten bleek dat de aanwezigheid van wormen in de bodem de mobiliteit verhoogde voor Cd, Mn, Pb, Cr en Zn. Dit vertaalde zich enkel in een verhoogde transfer naar gras voor Cr, Cd en Zn. Er kan dus geconcludeerd worden dat de aanwezigheid van regenwormen en/of bodemmicro-organismen in een bodem kan een effect hebben op de mobiliteit en transfer van polluenten naar gras, maar is afhankelijk van het type polluent.
    Original languageEnglish
    QualificationOther
    Awarding Institution
    • Katholieke Hogeschool Kempen
    Date of Award6 Sep 2020
    StatePublished - 10 Jun 2020

    Cite this