Abstract
Bij de de gedetailleerde hydrogeologische karakterisatie van de ondiepe, Neogene aquifer is er een dunne laag Mol zand ontdekt met een zeer hoge K-waarde. Als vervolg hierop wordt er een verdere studie gemaakt met behulp van slug- en dilutietesten. Een dilutietest is een test waarbij een tracer, in dit geval gedemineraliseerd water, op een vooraf bepaalde diepte in een peilput wordt geinjecteerd en waarna, met behulp van verschillende log-apparatuur, de concentratieafname in functie van de tijd wordt gevolgd. De concentratie wordt uitgedrukt in electrische conductiviteit, EC. Uit de afname hiervan kan een bepaalde grondwatersnelheid rond de put berekend worden. Bij een slugtest wordt er een bepaald volume water in de peilput gegoten waarin zich een logger bevindt die drukken meet. Die druk kan omgezet worden naar een stijging van waterniveau bij het ingieten van het water. Het terug dalen van het waterniveau in functie van de tijd kan via analyse omgezet worden naar een hydraulische conductiviteit voor de aquifer rond de peilput. De gebruikte peilputten zijn deel van het lokale en regionale piëzometrische netwerk van SCK_CEN. De L-putten zijn: L18a, L22a, L25a, L28a, L51a, L64a en L64b. De R-putten zijn: R48a en R49a.
Original language | Dutch |
---|---|
Qualification | Master of Science |
Awarding Institution |
|
Supervisors/Advisors |
|
Date of Award | 1 Jun 2015 |
Place of Publication | Leuven |
Publisher | |
State | Published - 1 Jun 2015 |